Ga naar home van Werkgroep Voetafdruk Nederland
Home
Onze Voetafdruk
 Mijn hemel
 Aarde
 Ecologica
 Living planet report
 Discussienota
 Bevolking
 Budgetteren
 Gemeenten
 Energie
 

ecologicacover

Op basis van ecologische uitgangspunten en indicatoren, waaronder de Mondiale Voetafdruk, kun je uitrekenen dat er zonder fossiele energie maximaal 3 miljard mensen duurzaam op de aarde kunnen leven. Het is van groot belang voor mens en maatschappij om deze ecologische realiteit, deze ecologica, onder ogen te zien. Streven naar oneindige economische groei lijkt het slechtste wat we kunnen doen. Maar wat kunnen we dan wel?

Recensies

Lees ook de recensies in De Volkskrant (13 januari 2018) en in Trouw (9 februari 2018)

Hierbij in column-vorm een korte inleiding:

DE ECOLOGICA VAN MENSELIJKE GROEIDRANG

In de levende natuur is alles gericht op groei en ontwikkeling. Het is de drijvende kracht van al het leven op aarde.

In de ‘dode’ natuur is entropie, het streven naar chaos de alomtegenwoordige de drijvende kracht, zoals Hans Lyklema ons als fysicus heeft uitgelegd en voorgehouden.

In de levende natuur, alleen bekend van onze planeet Aarde, is op wonderlijke wijze juist een omgekeerd proces op gang gebracht en nog steeds gaande: Hier wordt structuur uit chaos gegenereerd. Wijdverspreide moleculen en atomen komen samen in een zaadcel, eicel en vrucht, die doorgaat met het opnemen en structureren van chemische basiselementen totdat een organisme is ontstaan. Alle organismen houden dit proces hun leven lang gaande via stofwisseling, ademhaling en voortplanting. Dat gebeurt nu al meer dan drie miljard jaar lang op Aarde. Groei, bloei, voortplanting en ontwikkeling is dus de drijvende kracht van al het leven. Elke populatie probeert zo groot mogelijk te worden, of het nu gaat om eikenbomen (als alle eikels een boom zouden worden zou de aarde binnen 20 jaar vol staan met eikenbomen), koolmezen (als alle koolmezenjongen volwassen zouden worden en zich weer zouden voortplanten zouden alle koolmezen samen na 40 jaar het gewicht van de aarde bereikt hebben) of welk organisme dan ook, inclusief de mens.

Deze groei houdt pas op als ecologische grenzen bereikt worden (voedseltekort, watertekort, te veel roofdieren, te veel ziektekiemen, gebrek aan nestplaatsen etc.). Dan stopt populatiegroei en treedt een dynamisch evenwicht in, het draagkrachtniveau van de populatie genoemd. Hierop berust de veerkracht van ecosystemen. De groeidrang is daarbij zeker niet overbodig, het is nodig om tegen de ecologische verdrukking in populaties in stand te houden.

De taak van populaties in de biosfeer is dus zich vol overgave op de eigen groei, bloei en voortplanting te storten. Dat is de drijvende kracht van het leven, dus ook van de mens. Daarop berusten alle dynamische evenwichten binnen ecosystemen en de stabiliteit van de biosfeer. Ook voor de diersoort mens geldt dat populatiegroei en consumptiegroei pas ophouden als de populatie tegen ecologische grenzen aanloopt.

De op fossiele energie gebaseerde exponentiele groeispurt van Homo sapiens, de moderne mens, in de afgelopen 150 - 200 jaar is een verschijnsel dat bij de essentie van het leven hoort. De mens is zeker ook een rationeel wezen, maar ratio heeft tot nu toe nooit geleid tot het veranderen of beperken van deze basale levenskracht op populatieniveau. Daarvoor is deze levensdrang kennelijk te belangrijk en te essentieel voor het voortbestaan van het leven op Aarde en zit hij te diep in de genen verankerd.

Of daarmee alles is gezegd is een tweede, daar kunnen vele discussies aan worden gewijd. Het ‘verklaart’ echter wel waarom het vrijwillig verkleinen van de menselijke impact op de biosfeer zo moeilijk is. Of het daarom ook onmogelijk is? Hopelijk niet.

Hans Meek